Bart
Bart is een stoere jongen. Hij bedoelt het allemaal zo goed. Toch loopt het vaak anders dan hij denkt. Dat komt omdat hij vaak eerst doet. En daarna pas nadenkt.
Alle delen van Bart zijn AVI E4. De verhalen bestaan uit korte zinnen. Elke zin begint op een nieuwe regel. Dat is fijn als lezen (nog) niet zo makkelijk gaat.
- Bart op Schiphol (deel 1)

Mama pakt Bart bij zijn arm.
‘Je zou niet in de weg lopen!
Ga maar buiten spelen.’
Bart zucht. Daar heeft hij helemaal geen zin in.
Dan bedenkt Bart een plan. Hij gaat naar Schiphol.
Alleen! Om opa uit te zwaaien. Want opa is piloot.
In de trein ziet Bart een foto in de krant.
Er is een hondje kwijt op Schiphol.
Nu heeft Bart iets te doen!
Maar Schiphol is groot en druk.
Bart kan opa niet vinden. Wat nu?
AVI E4
- Bart en de inbrekers (deel 2)

Bart doet de deur van zijn kamer open.
Hij blijft stokstijf staan.
Hij ziet het meteen.
Al zijn munten zijn weg.
Hij kijkt naar de plank boven zijn bed.
Daar stond zijn spaarpot.
De plank is leeg…
Er is ingebroken bij Bart thuis. Wat is Bart boos!
Mama heeft gehuild en zijn raam is kapot.
En Barts munten zijn weg! Het is niet leuk.
Ik ga op zoek naar de dieven! denkt Bart.
AVI E4
- Bart wordt verkeersagent (deel 3)

‘Stop!’ gilt Bart.
Hij steekt zijn stopbord nog hoger in de lucht.
De fietsers zijn bijna bij hem…
‘Stop! Stop! Stop dan!’
Bart fietst elke dag naar school.
De weg is druk en gevaarlijk.
De grote kinderen letten niet op.
Ze rijden Bart omver.
Bart is boos. Heel boos!
Hij bedenkt een plan.
Hij wordt verkeersagent.
AVI E4
- Bart en de waterdieren (deel 4)

Hé, wat staat er op die folder?
Waterdieren sparen bij de supermarkt?
De supermarkt heeft een leuke actie.
Natuurlijk wil Bart meedoen.
Dan vertelt Lotte iets ergs in de klas.
Haar neef Jaap is heel ziek.
Bart bedenkt een plan om hem te helpen.
Daar zijn veel waterdieren voor nodig.
De hele klas spaart mee.
Dan gebeurt er iets ergs met de waterdieren.
Kunnen ze Jaap nog wel helpen?